Brandstofleveranciers die onder ETS-2 vallen, moeten vanaf 2025 hun CO₂-uitstoot monitoren en jaarlijks rapporteren aan de NEa. Op deze pagina staat informatie over hoe ETS-2-deelnemers hun jaarlijkse emissies moeten vaststellen.
Monitoringsplan
ETS-2 brandstofleveranciers moeten een monitoringsplan opstellen. Hierin wordt vastgelegd hoe de CO₂-uitstoot wordt bepaald voor de brandstoffen die binnen de scope van het ETS-2 vallen. Dit monitoringsplan moet worden goedgekeurd door de NEa.
Let op: Zonder een goedgekeurd monitoringsplan kan een brandstofleverancier geen emissievergunning krijgen.
De regels voor het monitoringsplan en de rapportage zijn vastgelegd in de monitorings- en rapportageverordening (MRV). De meest recente geconsolideerde versie van de MRV vindt u hier.
Bepalen van de emissies
De CO₂-emissies worden op hoofdlijnen als volgt vastgesteld:
- De emissies worden berekend op basis van de hoeveelheid brandstof die is geleverd voor eindverbruik in de sectoren die onder ETS-2 vallen.
- De berekening per brandstof gebeurt met de formule: brandstofvolume × emissiefactor
- Voor brandstoffen worden in principe de standaardemissiefactoren toegepast (tCO₂ per eenheid brandstof).
- Duurzame (bio)brandstoffen die voldoen aan de criteria van de Richtlijn Hernieuwbare Energie (RED) moeten wel worden gemonitord en gerapporteerd, maar tellen niet mee in de emissieberekening. De systematiek voor het aantonen van duurzaamheid sluit zoveel mogelijk aan bij bestaande systemen.
Naast correcte emissiecijfers is ook de kwaliteit van de overige gerapporteerde informatie van belang. De rapportage moet volledig en juist zijn.
Meer uitleg over de monitoringsregels vindt u hier.
Het emissieverslag
Elke ETS-2-deelnemer moet vanaf 2025 jaarlijks, uiterlijk op 30 april, een emissieverslag indienen bij de NEa. Dit verslag bevat de CO₂-emissies van de geleverde brandstoffen en moet worden opgesteld volgens het goedgekeurde monitoringsplan. Het eerste geverifieerde emissieverslag, met de emissies over 2025, moet begin 2026 worden ingediend en moet worden geverifieerd door een geaccrediteerd verificateur.
Daarnaast moeten ETS-2-deelnemers begin 2025 een historisch emissieverslag (HEV) indienen. Dit verslag bevat de emissies over 2024 en dient als basis voor de bepaling van de maximale hoeveelheid ETS-2-emissierechten door de Europese Commissie. Het HEV hoeft niet geverifieerd te worden en het gebruik van een monitoringsplan is hiervoor nog niet verplicht.
Historisch emissieverslag (HEV)
In 2025 moeten alle ETS-2-deelnemers eenmalig een historisch emissieverslag (HEV) indienen. Dit verslag bevat alle fuel streams over 2024, inclusief afnemers, leveringsmethoden en berekeningsfactoren. Met als doel de totale emissies over 2024 te berekenen.
Hoewel het HEV niet geverifieerd hoeft te worden, wordt aangeraden om de monitoringsmethode uit het monitoringsplan alvast toe te passen. Dit raden we ook aan als u nog geen goedgekeurd monitoringsplan heeft. U kunt dus al beginnen met het opstellen van het HEV zodra het formulier op onze website beschikbaar is (verwachte datum: 18 maart 2025). U hoeft dus niet te wachten op een goedkeurend besluit van de NEa.
Tijdlijn
Indienen van het HEV
- Het HEV moet worden opgesteld in een Excel-format, dat op 18 maart 2025 door de NEa wordt gepubliceerd.
- Op 18 maart 2025 organiseert de NEa een webinar met uitleg over het invullen van het format.
- Het HEV moet uiterlijk 30 april 2025 worden ingediend via het Emissiehandelsportaal voor ETS-2 (EHP-2).
- Na indiening ontvangt u een ontvangstbevestiging, waarmee u aantoont te hebben voldaan aan de indieningsplicht.
- De NEa analyseert de verslagen en kan aanvullende vragen of opmerkingen sturen.