Ik bepaal de hoeveelheid warmte op basis van mijn eigen stoommeters. De preferente methode is “Aflezingen van meetinstrumenten waarop nationale wettelijke metrologische controle wordt uitgeoefend of van meetinstrumenten die voldoen aan de voorschriften krachtens Richtlijn 2014/31/EU of Richtlijn 2014/32/EU”, maar zulke meters zijn niet beschikbaar. Wat moet ik invullen in het monitoringsmethodologieplan?
Voor stoommeters geldt dat de preferente methode in de praktijk niet haalbaar is. Bij de gegevensbron(nen) vult u naar waarheid in welke bronnen u gebruikt.
Op de vraag “Is de hiërarchische volgorde aangehouden?” antwoord u “Nee”. Vervolgens vult u bij de onderbouwing in dat de preferente methode technisch onhaalbaar is. Zie ook GD5, onderdeel 6.6.1 punt 2.