Aangifte
Als een importeur CBAM-goederen wil importeren naar de EU, moet deze vanaf 2026 zijn toegelaten als 'CBAM-aangever'. Elke toegelaten CBAM-aangever moet na afloop van het kalenderjaar een CBAM-aangifte indienen in het CBAM-register. De deadline hiervoor is 31 mei van het volgende jaar. De eerste CBAM-aangifte betreft dus het jaar 2026, en moet worden ingediend vóór 31 mei 2027.
Inhoud van de CBAM-aangifte
In de CBAM-verordening is op hoofdlijnen vastgelegd welke informatie moet worden opgenomen in de CBAM-aangifte. De Europese commissie komt nog met een uitvoeringsregeling voor meer details en het aangifteformulier. De CBAM-aangifte moet de volgende gegevens bevatten:
Bepalen van emissies
Het uitgangspunt is dat vanaf 1 januari 2026 de ingebedde emissies worden bepaald met een methode die vergelijkbaar is met die voor de industrie in Europa onder het Europese emissiehandelssysteem (EU ETS). Dit betekent dat voor elke categorie CBAM-goederen in detail zal worden beschreven welke emissies meetellen en welke primaire gegevens moeten worden gebruikt voor de berekening van de directe en indirecte emissies. Primaire gegevens zijn bijvoorbeeld het brandstofverbruik en de emissiefactoren. Daarbij wordt ook aangegeven van welke inputmaterialen in het proces (precursoren) de emissies ook meetellen.
Bij de bepaling van de emissies wordt een onderscheid gemaakt in directe emissies, indirecte emissies en emissies van gebruikte inputmaterialen (precursoren):
- Directe emissies: emissies uit de productieprocessen van goederen, met inbegrip van emissies uit de productie van verwarming en koeling die tijdens de productieprocessen worden verbruikt
- Indirecte emissies: emissies uit de opwekking van elektriciteit die wordt verbruikt tijdens de productieprocessen van goederen
- In sommige gevallen moeten ook de directe en indirecte emissies van gebruikte inputmaterialen (precursoren) worden meegerekend
Voor de CBAM-goederen gietijzer, ijzer en staal, aluminium en waterstof moeten alleen de directe emissies worden aangegeven.
Voor de CBAM-goederen cement en meststoffen moeten daarnaast ook de indirecte emissies worden aangegeven.
Informatie krijgen van de producent
Een CBAM-aangever moet de informatie waarmee deze de emissies kan bepalen krijgen van de producent van de goederen buiten de EU. Een buitenlandse producent kan zichzelf ook registreren in het CBAM-register en daarin informatie aanleveren waarmee de emissies kunnen worden bepaald. Is dit het geval, dan mag de CBAM-aangever ook van deze informatie gebruikmaken.
Standaardwaarden
Als de werkelijke emissies van de geïmporteerde goederen niet voldoende nauwkeurig kunnen worden bepaald op basis van primaire gegevens, dan moeten conservatieve landspecifieke standaardwaarden worden gebruikt. Voor de indirecte emissies, die samenhangen met de productie van elektriciteit die is verbruikt in het productieproces, is het juist andersom: Deze moeten in beginsel worden bepaald met behulp van standaardwaarden.
De commissie zal nog nadere regels vaststellen voor de berekeningsmethodes van emissies en de afbakening van de productieprocessen. Verwacht wordt dat deze regels vergelijkbaar zullen zijn met de berekeningsmethodes die zijn vastgesteld voor de overgangsperiode.
Bepalen van de betaalde koolstofprijs in het land van oorsprong
Een CBAM-aangever kan in de CBAM-aangifte een vermindering van het aantal in te leveren CBAM-certificaten vragen op basis van de in het land van oorsprong betaalde koolstofprijs voor de gerapporteerde ingebedde emissies.
Deze vermindering is alleen mogelijk als de koolstofprijs daadwerkelijk is betaald in het land van oorsprong. Bij het bepalen van de werkelijk betaalde koolstofprijs moet de CBAM-aangever daarom rekening houden met elke teruggave of andere vorm van compensatie in het land van oorsprong die tot een verlaging van de koolstofprijs hebben geleid. De aangever moet een administratie bijhouden met alle documenten die aantonen welke koolstofprijs van toepassing was. De informatie in die documenten moet worden gecertificeerd door een onafhankelijke partij.
De Commissie zal nog nadere regels vaststellen voor de omzetting van de daadwerkelijk betaalde koolstofprijs naar een overeenkomstige vermindering van het aantal certificaten.
Invloed op aantal in te leveren certificaten door gratis toewijzing in het EU ETS
Bedrijven die onder het EU ETS vallen moeten voor de CO2 die ze jaarlijks uitstoten emissierechten inleveren. Met de introductie van CBAM krijgen de bedrijven die CBAM-goederen produceren ieder jaar minder gratis emissierechten. In 2026 wordt nog 97,5% van de gratis emissierechten toegewezen en in 2027 nog 95%. Dit percentage wordt stapsgewijs verminderd tot 0% in 2034.
Omdat de industrie in de EU bij de start van CBAM in 2026 nog een groot aantal gratis emissierechten krijgt, zal er ook gelijkwaardige vermindering zijn van het aantal in te leveren certificaten voor de import. Voor meer informatie hierover, zie de pagina over Certificaten.
De Europese Commissie stelt nog nadere regels op hoe de vermindering van het aantal certificaten precies moet worden berekend.
Verificatie van ingebedde emissies
De CBAM-aangever moet ervoor zorgen dat de aangegeven ingebedde emissies worden geverifieerd door een verificateur die is geaccrediteerd voor de juiste activiteitengroep onder het EU ETS. De Europese commissie gaat nog nadere regels vaststellen met de eisen waaraan deze verificateurs moeten voldoen.
Een alternatief voor de verificatie van individuele CBAM-aangiften is het gebruiken van geverifieerde gegevens van een installatie buiten de EU. Een exploitant van een installatie buiten de EU kan de Europese Commissie vragen om de installatie te registreren in het CBAM-register dat momenteel ontwikkeld wordt door de Europese Commissie. Daarbij moeten dan ook de geverifieerde totale ingebedde emissies van iedere soort goederen worden geregistreerd die in de installatie worden geproduceerd. De CBAM-aangever mag de informatie én het verificatieverslag van de geregistreerde installatie gebruiken voor de CBAM-aangifte. Deze gegevens hoeven dan niet opnieuw geverifieerd te worden. Als een producent uit een derde land zich in het CBAM-register heeft geregistreerd, wordt het voor de CBAM-aangever dus eenvoudiger om de CBAM-aangifte te doen.
Rol Europese Commissie
De CBAM-aangever dient zijn aangifte in bij de Europese Commissie. De Commissie stelt hiervoor de regels op. Bovendien heeft de Commissie de rol van toezichthouder: zij ziet erop toe dat elke CBAM-aangever op tijd aangifte doet en controleert de inhoud van de CBAM-aangiften. Ook de NEa mag de CBAM-aangiften controleren en vragen om aanpassing of aanvulling.