Certificaten
Vanaf 1 januari 2026 moeten CBAM-aangevers elk jaar, voor dezelfde hoeveelheid geïmporteerde CO2, een toenemend aantal CBAM-certificaten inleveren. Het aantal in te leveren CBAM-certificaten neemt tot 2034 elk jaar toe. De CBAM-certificaten vertegenwoordigen de CO2 die is uitgestoten bij de productie van de geïmporteerde goederen. 1 certificaat staat daarbij gelijk aan 1 ton ingebedde CO2.
Aankoop CBAM-certificaten
CBAM-certificaten zullen worden verkocht op een platform dat op dit moment nog ontwikkeld wordt door de Europese Commissie. Op dat platform kunnen CBAM-aangevers onbeperkt CBAM-certificaten kopen. De certificaten worden vervolgens gestort op de rekening van de CBAM-aangever in het CBAM-register. Op het moment dat een importeur een toelating als CBAM-aangever krijgt, krijgt deze ook een uniek rekeningnummer en toegang tot het CBAM-register.
Prijs CBAM-certificaten
De Europese Commissie zal elke week de prijs van CBAM-certificaten berekenen en bekendmaken. De prijs is afhankelijk van de gemiddelde slotprijs van de veiling van emissierechten van de voorgaande week. Emissierechten worden op de veiling gekocht binnen het Europese emissiehandelssysteem (EU ETS), waar de grote industrie en energiebedrijven verplicht aan moeten deelnemen. De prijs die op de veiling tot stand komt voor een emissierecht, gaat dus bepalen welke prijs betaald moet worden voor CBAM-certificaten. De prijs voor CBAM-certificaten kan dus per week verschillen.
Aantal in te leveren CBAM-certificaten
Als u in 2026, als toegelaten CBAM-aangever, CBAM-goederen heeft aangegeven bij de Douane (als importeur of als indirect vertegenwoordiger), moet u hierover in 2027 CBAM-aangifte doen. In de CBAM-aangifte staat, onder andere, hoeveel ton CO2 er is uitgestoten bij de productie van de geïmporteerde goederen (de ingebedde emissies) en een berekening van het aantal in te leveren CBAM-certificaten.
Het aantal in te leveren CBAM-certificaten is in principe gelijk aan de gerapporteerde ingebedde emissies in ton CO2, maar wordt verminderd op basis van:
- De betaalde koolstofprijs in het land van oorsprong: als in het land van oorsprong al (gedeeltelijk) is betaald voor de ingebedde emissies, wordt dit omgerekend naar euro’s en leidt dit tot vermindering van het aantal in te leveren CBAM-certificaten. Deze vermindering is alleen mogelijk als de koolstofprijs daadwerkelijk is betaald in het land van oorsprong. Bij het bepalen van de werkelijk betaalde koolstofprijs moet de CBAM-aangever daarom rekening houden met elke teruggave of andere vorm van compensatie in het land van oorsprong die tot een verlaging van de koolstofprijs hebben geleid. De aangever moet een administratie bijhouden met alle documenten die aantonen welke koolstofprijs van toepassing was. De informatie in die documenten moet worden gecertificeerd door een onafhankelijke partij.
- De mate waarin in het EU ETS emissierechten gratis worden toegewezen aan productie-installaties van dezelfde CBAM-goederen in de EU. CBAM en het toewijzen van gratis emissierechten in het EU ETS zijn immers beide mechanismen om koolstoflekkage te voorkomen. Tot en met 2033 kunnen installaties in de EU nog emissierechten gratis toegewezen krijgen voor de productie van CBAM-goederen (behalve voor elektriciteit). Het is de bedoeling dat beide mechanismen elkaar in deze periode aanvullen. Het aantal gratis emissierechten dat een installatie onder het EU ETS kan ontvangen voor de productie van CBAM-goederen, neemt vanaf 2026 ieder jaar af. Het aantal in te leveren CBAM-certificaten neemt ieder jaar toe. Vanaf 2034 krijgen installaties in de EU helemaal geen gratis emissierechten meer voor de productie van CBAM-goederen. Vanaf dat jaar vervalt daarom deze correctie op het aantal in te leveren CBAM-certificaten.
- Voor beide correcties zal de Europese Commissie nog nadere regels vaststellen.
Inleveren certificaten
Op 31 mei van elk jaar, voor het eerst in 2027, moet de CBAM-aangever het aantal CBAM-certificaten inleveren dat overeenstemt met de CBAM-aangifte over het voorgaande kalenderjaar.
Een CBAM-aangever moet ook aan het einde van ieder kwartaal een deel van de ingebedde emissies afdekken met CBAM-certificaten. Deze CBAM-certificaten moeten daarvoor op de rekening van de CBAM-aangever in het CBAM-register staan. Het aantal certificaten dat de CBAM-aangever per kwartaal nodig heeft, wordt berekend met behulp van de standaardwaarden van de Europese Commissie voor het berekenen van de ingebedde emissies. Voor deze berekening zullen nog nadere regels worden vastgesteld.
Terugkoop van CBAM-certificaten
Als er na de inlevering van de CBAM-certificaten op uiterlijk 31 mei van elk jaar nog CBAM-certificaten op de rekening van de CBAM-aangever staan, kan de CBAM-aangever een verzoek indienen om deze certificaten terug te laten kopen door de Europese Commissie. Het terugkoopverzoek moet uiterlijk op 30 juni van elk jaar, waarin de CBAM-certificaten zijn ingeleverd, door de CBAM-aangever worden ingediend.
Het aantal CBAM-certificaten dat kan worden teruggekocht, is beperkt tot 33% van het totale aantal CBAM-certificaten dat de CBAM-aangever in het vorige kalenderjaar heeft aangekocht. De terugkoopprijs is gelijk aan de prijs die de CBAM-aangever bij aankoop heeft betaald voor dat certificaat.
Annulering CBAM-certificaten
Op 1 juli van elk jaar X annuleert de Commissie overgebleven certificaten die zijn aangekocht in het jaar X-2 en die nog op de rekening staan van een CBAM-aangever in het CBAM-register. De certificaten worden zonder compensatie geannuleerd. De annulering kan worden opgeschort als het aantal in te leveren CBAM-certificaten wordt betwist.
De Europese Commissie moet nog nadere regels opstellen over hoe deze annulering precies in zijn werk gaat.